missionarissen van afrika
missionnaires d’afrique

L A V I G E R I E . be
Uganda

De geschiedenis van de Martelaren van Uganda

Band 2011/2
donderdag 30 juni 2011 door W. Trypsteen, M.Afr. , Webmaster

De geschiedenis van de Martelaren van Uganda is een verhaal van geloof en moed, maar ook van wreedheid.

Op de plaats waar de as van de verbrande martelaren is afgekoeld, prijkt sinds 1975 de basiliek van Namugongo, op 15 km van Kampala, de hoofdstad van Uganda. Het is de meest bezochte bedevaartplaats van Afrika, waar de christenen komen om zich te bezinnen en te bidden tot de martelaren, in het bijzonder tot Carolus Lwanga, die daar begraven is. Er zijn nog 21 andere martelaren, die elk een brandvenster hebben in die basiliek.

Het was in 1878 dat de stichter van de Missionarissen van Afrika (Witte Paters), Mgr Lavigerie, tien missionarissen meezond met een karavaan naar Centraal Afrika. We kennen vooral de paters Lourdel en Livinhac, en broeder Amans. Na tien maand komen ze in Uganda aan en de lokale koning was hen welgezind.
De Franse pater Simeon Lourdel maakte indruk door zijn aangename manier van omgaan met de mensen en door zijn dokterstas waarmee hij aan velen de eerste zorgen toediende. Evangelisatie ging vanaf het begin gepaard met materiële vooruitgang. De paters deden ook al wat ze konden om slaven terug te kopen van de Arabisch slavenhandelaars.

Na een jaar konden de eerste catechumenen gedoopt worden. Veel anderen wilden ook christen worden zoals hofknapen, mensen van de Koninklijke Wacht, notabelen uit de dorpen, rechters en beroepsmensen. Maar mensen uit de omgeving van de koning zagen met lede ogen het succes van de missionarissen en beschuldigden hem valselijk bij de koning dat ze zijn land wilden inpalmen.
De koning werd ook kwaad omdat zijn christelijke hofknapen niet meer naar zijn pijpen wilden dansen en zijn homoseksuele lusten niet meer wilden voldoen. Zo kwam het verbod om nog christen te worden en de christenen moesten zelfs uitgeroeid!

De missionarissen vonden het beter een tijdje uit het zicht van de koning te blijven en scheepten in naar het zuiden van het Victoriameer… Ze lieten 20 gedoopten achter en 400 geloofsleerlingen. De catechisten onderhielden de ijver van de catechumenen, die zij verder onderrichtten en met wie ze bleven bidden.
Drie jaar later kwam de zoon van de koning op de troon en mochten de paters terugkeren. Het was in 1875. Maar Mwanga, de nieuwe koning, rookte hennep en toonde dezelfde neiging tot pedofilie als zijn vader. Hij vreesde de invloed van de christenen en kon moeilijk verdragen dat vrijgekochte slaven beter onderricht waren dan hijzelf.

De koning was verbolgen tegen zijn raadgever Jozef Mukasa, omdat hij zijn hofknapen de christelijke principes had bijgebracht, en liet hem onthoofden op 15 november 1885. De catechumenen voelden dat er een soort kerkvervolging op komst was en ze stelden zich onder de hoede van Carolus Lwanga, hoofd van de hofknapen. Toen de koning hoorde dat zij gedoopt waren, liet hij ze bij zich komen samen met andere christenen. Ze moesten hun geloof afzweren! Bij hun weigering, werden ze veroordeeld tot de brandstapel.

Het was op Hemelvaartsdag - 3 juni 1886 – dat een stoet levende fakkels naar de brandstapel werd geleid, terwijl ze het Onze Vader baden: Vergeef ons onze schulden gelijk ook wij vergeven aan onze schuldenaren. Toen de beulen dit hoorden zeiden ze: “Niet wij doden u, maar onze goden, die door u als duivels aanzien zijn”. En Carolus Lwanga moest dat alles aanzien en dan werd hij naar zijn eigen brandstapel geleid. Men begon zijn voeten te verbranden en de beul riep: “Zeg dat uw God u verlost van dit vuur”. Maar Carolus antwoordde: “Dit vuur is als fris water”.

De gedoopten en de catechumenen aan het hof van koning Mwanga waren ongeveer 500. Men weet niet juist hoeveel er gedood werden, maar zeker een honderdtal heeft de genade van het martelaarschap gekregen tussen 15 november 1885 en 27 januari 1887. Er zijn er ook die afgemaakt werden met lansen en machetes.

Matthias Mulumba, een vrederechter, werd voor de eerste minister gebracht. Hij antwoordde zo kalm op de kwetsende vragen, dat de minister in woede losbrak en beval zijn handen en voeten af te hakken en ze te braden voor zijn ogen

Van hen allen zijn er maar 22 die opgeschreven zijn in de kalender van de heiligen, want alleen van deze heeft de kerkelijke rechtbank kunnen bewijzen dat ze voor hun geloof gestorven zijn. Zo doende werden ze zalig verklaard door paus Benedictus XV in 1920 en tijdens het tweede Vaticaans Concilie door paus Paulus de VI heilig verklaard in 1964. Samen met die 22 katholieken, stierven ook 14 protestanten en 7 ongedoopten en een moslim: allen ook om religieuze redenen.

Koning Mwanga werd verbannen naar de Seychellen, waar hij op een duistere manier zijn leven beëindigde in 1903, na zijn doopsel bij de Anglicanen. Men had kunnen vrezen dat het zou gedaan zijn met het christendom in Uganda, maar [vert]het bloed van de martelaren werd het zaad voor nieuwe christenen[/vert].

Toen pater Lourdel stierf (in 1890) telde de missie 2.200 christenen en ongeveer 10.000 catechumenen. Alvlug werden seminaries geopend voor priesters en noviciaten voor religieuzen; ook scholen voor catechisten. In 1911 vormden de katholieken 30 % van de bevolking en de Anglicanen 21 %. Het christendom is de voornaamste godsdienst geworden en op heden zijn er 45 % katholieken.

Op 22 juni 1934 verklaarde paus Pius XI Carolus Lwanga “patroon van de Afrikaanse Jeugd”. Paus Paulus VI was de eerste paus die Uganda bezochte en op bedevaart kwam naar Namugongo.

Ook aartsbisschop Robert Roncie van Canterbury en hoofd van de Anglicaanse Kerk, kwam op bedevaart in 1984.

Paus Johannes Paulus II vereerde op zijn beurt, de martelaren met zijn eigen pelgrimstocht in februari 1993. Ieder jaar - op 3 juni - viert men een nationale feestdag in Uganda en de christenen komen niet alleen uit heel Afrika, maar uit vele andere werelddelen om de martelaren te vereren in Namugongo, waar men eens één miljoen pelgrims heeft geteld.

[vert]Nog altijd bloeit de Kerk in Uganda en zij gaf ons reeds twintig missionarissen van Afrika, waarvan de oudste 82 jaar is.[/vert]

Willy Trypsteen
 

Homepagina | Contact | Overzicht van de site | | Statistieken van de site | Bezoekers : 1337 / 1158786

De activiteit van de site opvolgen nl  De activiteit van de site opvolgen Afrika  De activiteit van de site opvolgen Uganda   ?    |    titre sites syndiques OPML   ?

Site gebouwd met SPIP 3.0.28 + AHUNTSIC

Creative Commons License